Wensbegeleider Seppie Boomsma uit Drachtstercompagnie helpt gezinnen met een ongeneeslijk zieke ouder om mooie herinneringen te maken

Seppie in de trui van Stichting TuTu: het logo is een abstracte vorm van oprichter Evert Muis met zijn kindje

Seppie in de trui van Stichting TuTu: het logo is een abstracte vorm van oprichter Evert Muis met zijn kindje Foto: Yke Bremer

Nog een keertje zeilen of naar het Feijenoord stadion: Seppie Boomsma uit Drachtstercompagnie is wensbegeleider bij de Stichting TuTu. ,,We willen gezinnen met een ongeneeslijk zieke ouder helpen om mooi herinneringen te maken met hun kinderen.”
Lees meer over
Drachtster Courant

,,Ondanks al het verdriet, kom je de goedheid van de mens tegen. Het herstelt je vertrouwen in de mens”, zo ervaart Seppie het nu ze zelf sinds een half jaar wensen begeleidt. Limousine-eigenaar Leo uit Rotterdam is een voorbeeld van iemand die belangeloos meehelpt om een wens uit te laten komen. ,,Leo heeft een gezin uit Ureterp, waarvan de vader kanker heeft, onlangs opgehaald in zijn limousine en ze naar het Feijenoord stadion gebracht en daarna reed hij ze met de limo weer terug naar Friesland. Het gezin wist nergens van. Ze dachten dat ze gewoon met de auto gingen en dan komt er een limousine voorrijden. Dat is toch prachtig. Daar krijg je kippenvel van”, aldus Seppie.

Ze begeleidt op het moment twee wensen in het noorden. ,,We hebben tachtig vrijwilligers, waaronder zestien wensbegeleiders, die verspreid zitten door het hele land. Wensen in het noorden komen bij mij terecht. Ik regel graag dingen en het is mooi dat je iets voor een wensgezin kunt doen. Zo heb ik ook een gezin in Drachten, waarvan de vader van 39 jaar Alzheimer heeft. Hij wil graag nog eens zeilen met zijn gezin. Als wensbegeleider doe ik er alles aan om de wens uit te laten komen en er een leuke dag van te maken voor het hele gezin. Ik probeer ze altijd uit te zwaaien, maar ga zelf niet mee. Het is echt iets voor het gezin. Je wilt dat ze samen herinneringen maken voor later. Ik ben wel de hele dag stand-by om het gezin te ‘ontzorgen’ als ze eventuele vragen hebben.”

Slogan

De slogan van de stichting TuTu, die sinds een jaar bestaat, is ‘Want later is nu’. Oprichter Evert Muis was zelf ongeneeslijk ziek, legt Seppie uit. ,,Hij was een hele grote kerel met tatoeages en hij had een jonge tweeling. Ze hielden van roze balletrokjes. Hij deed zelf ook een roze rokje - een tutu en vandaar de naam van de stichting – aan. Van hem en de tweeling in tutu’s werd een fotoreportage gemaakt, zodat ze hun vader konden blijven herinneren.”

Herinneringen maken is belangrijk, vindt de wensbegeleider. ,,Ik ben zelf ook van het herinneringen maken. Het is leuk en belangrijk. Het wensgezin krijgt na afloop een fotoalbum van de dag. Bovendien krijgen ze van ons een droomkist. De kist mogen ze versieren en er kunnen tastbare herinneringen in worden gestopt. Er zit bijvoorbeeld een code in om een knuffel te bestellen die lijkt op de zieke ouder. Verder zitten er kaartjes in waarop leuke en lieve geschreven boodschappen kunnen worden gezet voor de partner of de kinderen.”

Aanmelden

Via www.stichtingtutu.nl kunnen gezinnen zich aanmelden of door familie of vrienden aangemeld worden. ,,Heel soms heb je iemand die niet mee wil doen, omdat hij of zij het te confronterend vinden. Die mensen zijn nog niet ver genoeg in het acceptatieproces van hun ziekte. Maar de meeste mensen vinden het een heel leuk initiatief.”

Via de site kunnen ook nieuwe vrijwilligers zich opgeven of kunnen giften, die het het mogelijk maken om de wensen uit te laten komen, worden gedoneerd. ,,We proberen natuurlijk de wensdag zo goedkoop mogelijk te regelen, maar we hebben als stichting wel financiële ondersteuning nodig.”

Lachen

Zo nu en dan wordt ze zelf ook wel eens triest en boos als ze geconfronteerd wordt met het verdriet van het wensgezin. ,,Ik laat wel eens een traantje, maar toch is het erg leuk om te doen. Het geeft veel voldoening. En hoewel de gezinnen het zwaar hebben, wordt er ook veel gelachen. Je ziet ook een soort kracht bij de ouders en kinderen ondanks het grote verdriet.”