Elkaar diskwalificeren is een zwaktebod en de dood in de pot voor onze democratie | opinie

'Het uihollen van democratische processen, daar zijn de democratische partijen zelf zeer bedreven in.' Foto: ANP
De termen ‘nazi’, ‘racist’, ‘fascist’ vallen tegenwoordig om de haverklap, terwijl iedereen die de parlementaire processen in de Tweede Kamer en in Brussel volgt, ziet dat we geen ‘fascisten’ nodig hebben om democratische processen uit te hollen. Daar zijn de democratische partijen zelf zeer bedreven in.
Er komt steeds meer academisch bewijs dat de democratie structureel om zeep wordt geholpen. Die bewijzen komen niet van de minsten: Instituut Clingendael en het Montesquieu Instituut. Uit hun analyses blijkt dat ons parlement steeds vaker niet tijdig, onvolledig of te laat geïnformeerd wordt door de regering over zaken waar zij een controlerende taak heeft. De opeenvolgende kabinetten Rutte hebben zo een kaalslag kunnen plegen op de democratie.
Aanmatigend
Door iets fascisme te noemen, plaats je bepaalde kritiek buiten de discussie. Laten we niet vergeten dat fascisme vooral antidemocratisch is. Door de term als scheldwoord te gebruiken, schakel je elke tegenstand uit, juist in democratische processen die ertoe doen.
Het meest recente voorbeeld van uitholling van de democratie zagen we vorige maand door toedoen van staatssecretaris Van Huffelen (Digitaliserg). Een ruime meerderheid van de Tweede Kamer wilde niet dat ze naar Brussel zou gaan om te tekenen voor de Europese digitale munt. Maar wat de Kamer vond, deed er in het geheel niet toe. Van Huffelen tekende bij het kruisje en maakte een mooi propagandafilmpje van dit ondemocratische moment voor haar social media.
Omissie
Overigens kan ons parlement in het wetgevingsproces over deze digitale munt slechts adviseren. Een ernstige fundamentele omissie die onze democratie bedreigt. Het excuus dat vaak gebruikt wordt is dat ‘het moet van Europa’ of dat ‘we in een crisis zitten’. Klimaatcrisis, financiële crisis, stikstofcrisis, coronacrisis en ga zo maar door. Bij dergelijke ‘ emergency politics ’ moet de democratie even een stapje opzijzetten, de enige manier om het ‘samen’ te redden volgens de bestuurders. Sinds wanneer vinden we het logisch dat de democratie even een stapje opzij moet zetten? We hebben het gezien de afgelopen twee jaar waarin we werden geconfronteerd met ingrijpende beperkingen van onze grond- en vrijheidsrechten. Dat leidt tot verdere verzwakking van de rechtsstaat. Het is niet een wappie die dit zegt, maar Instituut Clingendael.
Een-tweetjes
Over het disfunctioneren van die Europese Unie concludeert het Montesquieu instituut dat daar hetzelfde gebeurt als in Nederland: te weinig, te laat, of helemaal niet informeren. Daarmee is het verhaal van de EU vooral een verhaal van succes op diplomatiek en politiek niveau, in een-tweetje tussen de niet door burgers gekozen leden van de Europese Commissie en de regeringsleiders. De nationale parlementen hebben het nakijken, zoals nu het geval is bij de digitale euro. De meeste Nederlanders zitten hier niet op te wachten en willen geen superstaat EU.
Zullen we ons voornemen in 2023 onze democratie te blijven bekritiseren? Zonder elkaar voor fascist uit te maken als je van mening verschilt? En zullen we het principe behouden dat élke burger zelf goed in staat is om informatie op waarde te schatten? Zoals dat hoort in onze democratie. En niet te vergeten: laten we weer een fijn debat voeren over zaken die wij in Nederland belangrijk vinden. Er staat genoeg op het spel. Elkaar persoonlijk diskwalificeren is een zwaktebod en de dood in de pot voor onze democratie.
Lidwien Jansen is afgestudeerd in de geschiedenis van de pers, propaganda en openbare mening aan de Universiteit van Amsterdam.