Van der Valk Drachten mag uitbreiden met hotelflat

Impressie van de nieuwe hotelflat.
Het plan van het hotel is goed uitgewerkt, de uitbreiding is een aanwinst voor Drachten en het is goed voor de werkgelegenheid. Op de FNP na stemden alle partijen dinsdagavond in met de verlening van de omgevingsvergunning, die de weg effent voor de bouw van een nieuwe vleugel met 68 kamers.
Naast het hotel ligt de Ureterpvallaat. Bewoners van het monumentale buurtje tekenden protest aan tegen de bouwplannen, omdat de hoogbouw volgens hen de dicht op de huizen komt. Dat zou het cultuurhistorische karakter van de straat aantasten.
‘Omgeving past er niet bij’
De meeste raadsleden vinden dat die uitstraling weinig schade oploopt. Ze wijzen er op dat Van der Valk bereid is om de groenstrook die het hotel en de Ureterpvallaat scheidt, voller aan te planten. Bovendien staan er al veel kantoren en hoge flats rond het buurtje. Klaas Van Veelen (Christenunie): ,,In alle eerlijkheid, de omgeving past er allang niet meer bij.” Misschien zorgt die moderne omgeving juist voor een sterker contrast met de monumentale huizen, opperde hij.
Het hotel mag bouwen, vond ook Chiel Bolt (ELP), maar de omwonenden mogen wat hem betreft later niet ook nog geconfronteerd worden met een metershoge toekan of andere reclame op het dak van de nieuwe flat.
Lees ook PREMIUM | Monumentaal buurtje Drachten vreest schaduw van de Toekan van Van der Valk
Toekan
Wethouder Robin Hartogh Heys bevestigde dat Van der Valk dit wel graag wil, maar dat het hotel dit apart zal moeten aangeven wanneer binnenkort het bestemmingsplan op tafel komt. ,,Als de raad zulke reclame niet wenselijk vindt, is dat het moment om dat uit te spreken.”
Bij de fracties leven wel vraagtekens over de communicatie met de omwonenden. Zij hadden niet het gevoel dat zij echt mochten meepraten. Volgens Hartogh Heys heeft Van der Valk de buurt herhaaldelijk over de bouwplannen geïnformeerd, maar stelt hij tegelijk vast dat de bewoners op meer inspraak hadden gerekend dan mogelijk is. De gemeente had op dit punt meer aan ,,verwachtingsmanagement” kunnen doen, erkent hij.