Openbaar Ministerie eist in hoger beroep acht jaar cel en tbs wegens neersteken Iraanse Koerd bij station in Leeuwarden

De locatie van de aanslag, vlak voor het NS-station van Leeuwarden vol in het zicht van voorbijgangers en terrasbezoekers aan de overzijde van de weg. FOTO ANTON KAPPERS
De Iraans-Koerdisch politieke activist Sadegh Zarza (67) wachtte op 19 juni 2020 op in een auto voor het station in Leeuwarden op de man, die hij nooit eerder had gezien. De jongere man, eveneens een Iraanse Koerd, zou bij de Leeuwarder een hapje eten. In plaats daarvan trok hij uit een bosje bloemen een vleesmes en stak hij op klaarlichte dag, voor het oog van tientallen omstanders, ruim twintig keer in op zijn slachtoffer.
Zarza raakte daarbij ernstig gewond. Het slachtoffer is „praktisch blind”, las zijn broer Taher voor uit een verklaring die hij schreef. „Als ik wakker word voel ik elke dag nog steken in mijn hoofd, alsof ik weer word gestoken.” Nog steeds is Zarza beperkt in zijn bewegingsruimte, vertelde hij. „Mijn lijf laat mij nog te vaak in de steek. Doordat ik met een oog niks kan zien en mijn evenwicht slecht is, val ik snel.”
Verboden partij
Volgens het slachtoffer en zijn familie was er sprake van een gestuurde aanslag en zat het Iraanse regime erachter. Zarza vluchtte in 1985 naar Nederland. Hij was jarenlang een kopstuk van de in Iran verboden Democratische Partij van Iraans Koerdistan (KDPI). Zijn oom, de voormalige KDPI-leider Abdul Rahman Ghassemlou werd in 1989 gedood bij een aanslag in Wenen. Daar was hij voor besprekingen tussen Iran en de Koerden.
Maar voor een politiek gemotiveerde aanslag zijn ondanks ,,vrij uitgebreid onderzoek’’ geen aanknopingspunten gevonden, benadrukte het hof donderdag.
In juli 2021 legde de rechtbank de man een celstraf van 12 jaar op, nadat het Openbaar Ministerie 16 jaar cel had geëist. Tijdens de behandeling in hoger beroep besloot het hof eerder om een tweede onderzoek te laten uitvoeren door psychiatrisch observatiekliniek Pieter Baan Centrum (PBC).
Schizofreen
Deskundigen van die kliniek concludeerden dat de man schizofreen was. „En daar leed u ook aan toen u meneer Zarza heeft neergestoken”, zei de voorzitter van het gerechtshof donderdag. Of zijn gedrag in zijn geheel werd bepaald door de stoornis, konden de deskundigen niet vaststellen.
Aanklager Henk Dijkstra van het Openbaar Ministerie vindt dat de man vanwege zijn stoornis tbs met dwang moet krijgen. „Ik kom tot het oordeel dat er sprake is van verminderde toerekenbaarheid”, zei hij. Helemaal ontoerekeningsvatbaar is de man volgens hem dus niet. Daarom eiste hij daarnaast ook nog een celstraf.
Volgens advocaat Peter Bonthuis, die de verdachte bijstaat, is er juist wel sprake van volledige ontoerekeningsvatbaarheid. Volgens hem vermoedt het PBC dat ook. „Alleen zeggen ze daarbij; we kunnen dat net niet met zekerheid zeggen.” Hij vindt daarom dat er „geen enkele reden is om tbs met dwang op te leggen”. Liever heeft hij dat zijn cliënt een lichtere tbs-variant opgelegd krijgt.
Het gerechtshof doet op 16 februari uitspraak.