Officier waarschuwt zedenverdachte uit Leeuwarden: tbs ligt op de loer

De Leeuwarder heeft een strafrechtelijk verleden: hij is al twee keer eerder veroordeeld voor zedendelicten. De eerste keer was in 2010. Toen legde de rechter de PIJ-maatregel op – ook wel jeugd-tbs genoemd – en is de Leeuwarder twee jaar lang in een jeugdinrichting behandeld. In 2015 volgde een tweede veroordeling. Bij die straf werd een extra lange proeftijd van vijf jaar opgelegd en een voorwaardelijke celstraf van een half jaar.

Er stond dus nogal wat op het spel voor de verdachte, die een verstandelijke beperking heeft. Hij verblijft momenteel in een instelling voor begeleid wonen en staat onder een streng bewind: als hij ergens naar toe gaat moet hij het melden. Op 2 oktober was hij in de Big Bazar in Bolsward. Daar was ook een oma met haar vijfjarige kleindochter.

Camerabeelden

Het meisje liep een gangpad in waar ze de verdachte tegenkwam. Een paar tellen later zei ze tegen haar oma dat de man haar zijn piemel had laten zien. De oma sprak de verdachte aan, maar hij ontkende. Op camerabeelden is te zien dat de man bij het weglopen met zijn hand bij zijn broek zit. Tegen de politie had hij gezegd dat mogelijk de knoop van zijn broek was losgeschoten en dat hij die weer had vastgemaakt.

Hij opperde destijds de mogelijkheid dat zijn piemel per ongeluk te zien was. Die theorie trok hij op de zitting weer in: hij had erover nagedacht en bedacht dat hij een boxershort aan had. Het meisje kon volgens hem niks gezien hebben. Jepkema ging uit van de lezing van het meisje. Hij eiste een voorwaardelijke gevangenisstraf zodat de strikte structuur die rond de Leeuwarder is opgebouwd blijft bestaan.

Hij zou zich bij de reclassering moeten melden en de behandeling die hij al volgt zou hij moeten voortzetten. Ook moet hij doorgaan met het slikken van libidoremmers en moet hij begeleid blijven wonen. Jepkema waarschuwde de Leeuwarder dat op den duur een tbs-behandeling op de loer ligt. ,,U moet zich wel realiseren dat u heel erg langs het randje gaat. Het is erg belangrijk dat u de behandeling voortzet. Voor je het weet gaat het van kwaad tot erger.’’

De uitspraak volgt op 4 september.