Schuivende panelen over boringen onder het Wad

O, o Den Haag. ILLUSTRATIE LC
Politiek is een zaak van de lange adem. Grote veranderingen gaan traag. Waar in de vorige eeuw gas, olie en zout uit de bodem als het nieuwe goud werd beschouwd, daalt het inzicht in dat mijnbouw niet langer zaligmakend is.
Het Groningenveld is afgeschreven, maar er ligt nog een scherp steentje in de schoenen van mijnbouwminister Eric Wiebes: de gas- en zoutwinning onder de Waddenzee.
Sinds het regeerakkoord van 2017 was de minister helder. Nieuwe vergunningen komen er niet, lopende worden gehonoreerd. Dat laatste is een kwestie van behoorlijk bestuur. Onderzoeksbureaus moeten aantonen dat de natuur van het Wad geen schade lijdt.
Keer op keer lanceerde de oppositie moties om vergunningen te keren, of het nou ging om gasboringen vanuit Ternaard of om zoutboringen vanuit Harlingen. Keer op keer was er in de Tweede Kamer geen meerderheid voor te vinden.
Wiebes kwam half augustus op bezoek in Moddergat. Hij trok zijn wadloopschoenen aan en sopte twee uur lang door het slik. Het bezoek heeft hem goed gedaan. Er is een kentering hoorbaar in Wiebes’ oordeel over boringen onder het Wad.
De minister gaat met zijn collega’s om tafel om langetermijneffecten van klimaatverandering (de watertemperatuur, de stijging van de zeespiegel, de verandering van waterstromen)voortaan mee te nemen in de beoordeling. Een panel van wetenschappers adviseert. Een speciale delegatie van Unesco Werelderfgoed heeft voor hen onlangs een eerste presentatie gehouden.
Na het natte bezoek aan Moddergat schreef Wiebes in een verslagje aan de Tweede Kamer dat de seinen voor zoutwinning ‘op dit moment’ op groen staan. De goede verstaander zag dat hij een muizengaatje openhield. ,,Indien in het kader van onderzoek nieuwe zaken aan het licht komen, hebben mijn collega van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en ik de mogelijkheid de vergunningen aan te passen dan wel in te trekken op basis van deze laatste inzichten.’’
Bingo! riepen ze bij de Waddenvereniging.
Donderdag kwam het onderwerp ter sprake tijdens een mijnbouwdebat in de Tweede Kamer. Bij twijfel niet doen, vinden D66, PvdA en GroenLinks. Tom van der Lee (GroenLinks) had de slimste vraag bedacht. Hij vroeg de minister of de vergunningssystematiek ,,nog wel past’’ bij de huidige tijd. Omdat we immers veel beter zicht moeten krijgen op de stapelende gevolgen van klimaatverandering voor die beschermde natuur in het Waddengebied.
Het antwoord van de minister was er één om goed te onthouden. Wiebes: ,,In alle openheid: ik denk van niet.’’ De minister zei ,,alle reden’’ te zien om fundamenteler te kijken naar de winning onder zee. Hij sprak over modernisering van de vergunningsystematiek en wil nog deze kabinetsperiode ,,het gesprek aangaan met deze Kamer’’.
GroenLinks kwalificeerde Wiebes’ woorden als ‘heel interessant’ en als ‘een mooie toezegging’. Zo lovend hoorden we de partij tijdens mijnbouwdebatten niet eerder. Bij de Waddenvereniging riepen ze opnieuw bingo.
Zoutwinnaar Frisia mag weliswaar beginnen met zijn booractiviteiten vanuit Harlingen, als het klimaatpanel komt met alarmerende berichten kan er zo maar een kink in de kabel komen. Hetzelfde geldt voor de gewraakte gaswinning vanuit Ternaard. De handtekeningen daarvoor zijn nog niet gezet.
Politiek is een zaak van de lange adem. Maar dat in Den Haag de panelen schuiven over boringen onder de Waddenzee, is sinds deze week zo helder als glas.
saskia.van.westhreenen@lc.nl