Arme wolkammer Eise Eisinga blijkt internationaal zakenman
Dat blijkt uit onderzoek van historici Arjen Dijkstra en Samuel Gessner naar Eise Eisinga dat werd gedaan ter ondersteuning van de kandidatuur van het Eise Eisinga Planetarium voor de Werelderfgoedlijst van UNESCO.
Persoonlijke leven
De resultaten werden zaterdag gepresenteerd op een symposium in Franeker dat werd gehouden precies 250 jaar nadat Eise met zijn vrouw Pietje naar Franeker verhuisde om zijn eigen wolkammerij te beginnen.
Dijkstra nam het persoonlijke leven van Eisinga onder de loep en ontdekte dat het beeld van een arme wolkammer die zichzelf de sterrenkunde had aangeleerd niet klopt. ,,In werkelijkheid had hij tientallen vrouwen in dienst”, vertelt Adrie Warmenhoven, directeur van het planetarium.
Eisinga was geen autodidact
Eisinga was baas van een bedrijf. Dijkstra dook ook in buitenlandse archieven en ontdekte dat Eisinga niet alleen werkte voor de Friese markt, maar ook wol exporteerde naar Amerika.
En autodidact was hij geenszins. De sterrenkunde leerde hij zich niet volledig zelf aan zoals tot nu steeds werd beweerd. Na de lagere school pikte hij veel op over rekenkunde van contacten van zijn vader, blijkt nu.
Twee planetaria in Silezië
Gessner stuitte in zijn onderzoek naar de techniek van het uurwerk op artikelen uit begin achttiende eeuw waarin wordt gerept over twee vergelijkbare planetaria in Silezië, het tegenwoordige Polen. Warmenhoven: ,,Daar waren twee mensen die ook modellen hadden in hun huiskamer met bewegende planeten aan het plafond.”
Eisinga noteerde precies hoeveel spijkers hij gebruikte voor het astronomische uurwerk in zijn woonkamer: 5934. Dat blijkt uit handgeschreven notities die opdoken. Tot nu werd aangenomen dat er 10.000 spijkers in het raderwerk zitten.