Energiebedrijven en kabinet akkoord over prijsplafond stroom en gas

Afgelopen weken werd gestreden over de details. Het kabinet had op Prinsjesdag al besloten in het nieuwe jaar een prijsplafond voor consumenten in te voeren en energieleveranciers hadden toegezegd dat zij dit konden uitvoeren.

Het tijdelijke prijsplafond geldt voor heel 2023, voor alle huishoudens en zogeheten kleinverbruikers, veelal bedrijfjes.

Maar de bedrijven en het kabinet moesten nog bepalen hoe de compensatie die het kabinet wilde geven, verrekend kon worden door de leveranciers. Kamerleden vreesden voor extreme winsten, vooral voor energiebedrijven die handelen in gas en stroom maar die zelf niet opwekken.

Enorme verliezen

Veel energiebedrijven weigerden akkoord te gaan met een regeling om vooraf de maximale winst per klant te bepalen. Zij verrekenen altijd de inkoopprijs achteraf met de verkochte stroom en gas. Door dat vooraf vast te moeten leggen, zouden zij voor enorme verliezen komen te staan, als klanten veel minder zouden afnemen. Of als zij massaal zouden overstappen naar goedkopere concurrenten.

Minister Jetten (Energie en Klimaat) zegt blij te zijn met de overeenkomst. ,,Het prijsplafond neemt de onzekerheid van grote prijsschommelingen bij de consument weg”, stelt hij. Volgens Jetten verandert er voor huishoudens helemaal niets: de beloofde afspraken per 1 januari worden gewoon uitgevoerd.

De prijs- en verbruiksplafonds zijn dan: €1,45 per kuub gas tot een verbruik van 1200 m3. En €0,40 per kilowattuur stroom tot een verbruik van 2900 kilowattuur. Voor huishoudens die op een warmtenet zijn aangesloten geldt een bedrag van €47,38 per gigajoule tot een verbruik van 37 gigajoule warmte.

Boven de grens van het prijsplafond betalen huishoudens en bedrijven het markttarief, dat momenteel hoog is. Dat moet aanzetten tot besparingen.

Marge nodig

In een reactie meldt voorzitter Cora van Nieuwenhuizen van branchevereniging Energie-Nederland verheugd te zijn dat op de valreep nog een akkoord is bereikt. Energie-Nederland zegt dat energiebedrijven bij het prijsplafond wel een marge nodig hebben om tegenvallers uit het verleden op te vangen en om investeringen te doen voor de energietransitie.

De Autoriteit Consument en Markt (ACM), de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) en accountants houden hier toezicht op misbruik, aldus Van Nieuwenhuizen.