Zes vragen over stikstof en waarom het nu zo'n probleem is

De landbouw zorgt voor veel stikstofuitstoot door de ammoniak in de mest van dieren. FOTO ANP

De landbouw zorgt voor veel stikstofuitstoot door de ammoniak in de mest van dieren. FOTO ANP

De stikstofproblematiek heeft door een uitspraak van de Raad van State grote gevolgen voor onder meer woningbouw, aanleg van nieuwe snelwegen en de landbouw. Waarom is het plotseling zo’n probleem?

Wat is eigenlijk stikstof?

Stikstof is een gas - zonder kleur, geur en smaak - en alom aanwezig. De stof wordt zo genoemd omdat mensen en dieren stikken als ze in een ruimte zijn met enkel deze stof. Toch bestaat bijna tachtig procent van de lucht uit stikstof. Dat we kunnen ademen, komt door de twintig procent zuurstof en waterstof in de lucht.

Er is dus altijd al veel stikstof om ons heen. Waarom is het nu pas een probleem?

Stikstof is pas problematisch voor de natuur als het reactief wordt. Van nature komt er slechts een kleine hoeveelheid reactief stikstof voor in de bodem. Het ontstaat op natuurlijke wijze door bliksem (door de plotselinge hoge temperatuur in de lucht ontstaat een chemisch proces) en door bacteriën in de grond die de stikstof omzetten naar de reactieve vorm.

Reactief stikstof is een belangrijke stof in de natuur omdat het de groei van planten bevordert. Daar zit ook direct het probleem. Als er veel stikstof in de bodem zit groeien planten zoals bramenstruiken en brandnetels in hoog tempo door en verdrukken op die manier andere planten die juist gedijen op minder voedselrijke grond. Schrale heide wordt bijvoorbeeld overgenomen door grasland waar bepaalde insecten en dieren geen of nauwelijks voedsel meer kunnen vinden. De problemen door stikstof zijn dan ook vooral funest voor de zogeheten Natura2000-gebieden, natuurgebieden waarin bepaalde dieren en planten extra beschermd worden voor het behoud van de biodiversiteit.

Hoe komen die grote hoeveelheden stikstof in de natuur terecht?

Niet alleen bliksem en bacteriën zorgen voor het ontstaan van reactief stikstof. De mens speelt ook een grote rol. Zo ontstaat veel reactief stikstof bij de verbranding van fossiele brandstoffen. Met name dieselauto’s scheiden veel stikstof uit. Ook de industrie blaast reactief stikstof de lucht in, al is dat wel minder dan in het verleden doordat er zogeheten NOx-filters geplaatst zijn.

Daarnaast ontstaat veel reactief stikstof in de landbouw, in 2017 veertig procent van het totaal. Ammoniak, een belangrijk onderdeel van kunstmest en veelvuldig voorkomend in gewone mest, is een verbinding van stikstof en waterstof. De stikstof in de (kunst)mest verdampt in de lucht en slaat dan neer in natuurgebieden of sijpelt via de bodem en het grondwater weg uit landbouwgebied.

In vergelijking met andere landen stoot Nederland veel stikstof uit. Dat komt doordat we in een dichtbevolkt land leven met veel verkeer en veel intensieve landbouw.

Kan er niks gedaan worden tegen die overdaad aan stikstof?

Er zijn mogelijkheden om schrale natuur, zoals heide, terug te brengen door de bovenste laag grond weg te halen. Een andere optie is om het grondwater te verhogen waardoor de grond minder verzuurt.

Op de lange termijn is het terugdringen van de uitstoot van stikstof de beste methode. Door bijvoorbeeld over te gaan op duurzamere manieren van vervoer, het gebruik van kunstmest terug te dringen en de veestapel te verkleinen.

De overheid ziet ook de problemen van het stikstofoverschot en nam beide oplossingsrichtingen in 2015 mee bij de invoering van het Programma Aanpak Stikstof (PAS). Daarbij werd aan de ene kant gewerkt aan het terugdringen van de uitstoot van stikstof, bijvoorbeeld met luchtwassers voor boerderijen en anderzijds door subsidies te geven voor natuurherstel.

De overheid heeft dus een oplossing. Maar dat is niet genoeg?

De plannen en de praktijk blijken uit elkaar te lopen. De hoeveelheid uitgestoten stikstof wordt teruggedrongen maar het tempo waarin dat gaat, is lager dan de norm. In de PAS werd dit opgelost door projecten hun stikstofuitstoot in de toekomst te laten compenseren. Er is nu misschien wel extra uitstoot door de verbreding van een snelweg maar als we straks allemaal in een elektrische auto rijden, is dat niet meer het geval.

De Raad van State oordeelde eind mei echter dat deze redenering in strijd is met Europese regels. Projecten zoals het verbreden van een snelweg, een woonwijk vlak bij een natuurgebied of een nieuwe varkensstal mogen alleen doorgaan als vooraf al duidelijk is hoe de extra uitstoot van stikstof wordt gecompenseerd. In het geval van de nieuwe varkensstal gaat het dan bijvoorbeeld om de sluiting van een ander boerenbedrijf of de aanleg van nieuwe natuur.

Lees ook LC+ | ‘Plaaggeest’ die stikstofbeleid aanvocht: ‘Nederland is het vieste jongetje van Europa’

De uitspraak legde een bom onder talloze projecten. Dat varieert van kleine woningbouwprojecten tot de aanpak van provinciale wegen. Alleen al in Friesland gaat het om dik 1700 projecten die mogelijk niet door kunnen gaan.

Bij veel bestuurders bestaat de vrees dat de uitspraak van de Raad van State het land op slot zet. ,,Friesland mag niet op slot. Er moet ruimte blijven voor nieuwe ontwikkelingen. Het wordt lastig als zelfs onze ambities om duurzamer te worden in de knel komen”, zei Commissaris van de Koning Arno Brok bijvoorbeeld onlangs. Zo is er bijvoorbeeld veel behoefte aan betaalbare nieuwe woningen door de krapte op de woningmarkt.

Hoe moet het nu verder?

Broks partijgenoot Johan Remkes, beiden zijn lid van de VVD, heeft de opdracht gekregen om de gevolgen van de stikstofproblematiek in kaart te brengen en oplossingen aan te dragen. Op 26 september maakte hij de eerste bevindingen van zijn werkgroep openbaar.

Een van de oplossingen is het terugbrengen van de maximum snelheid. Als auto’s minder hard rijden, stoten ze minder stikstof uit. Dat kan voor alle trajecten gelden, of alleen voor wegen die door natuurgebieden lopen. Remkes ziet ook een oplossing in het opkopen van verouderde boerenbedrijven door de provincies. Door hun uitstoot weg te nemen, ontstaat ruimte voor nieuwe landbouwinitiatieven.

De industrie en de bouw moeten volgens Remkes net zo goed meewerken. Met innovatieve technieken zouden zij minder stikstof moeten gaan uitstoten. De commissie vindt dat provincies op korte termijn in beeld moeten brengen welke industriële bedrijven een negatieve invloed hebben.

Meer lezen over de stikstofproblematiek? Alle verhalen die we over het onderwerp schreven zijn te vinden in het dossier ‘Stikstof’ .